Het lijkt eerlijk, decentrale selectie van studenten, maar schijn bedriegt, leggen Alex Tess Rutten en Monty Aal uit, beiden van de studentenvakbond LSVb.

Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat door het gebruik van decentrale selectie een qua persoonlijkheid homogene studentenpopulatie ontstaat.

De Tweede Kamer stemt vandaag over een motie die loting weer mogelijk maakt in het hoger onderwijs. Ook minister Van Engelshoven gaf aan bereid te zijn om te kijken naar het weer mogelijk maken van loting. Dit zijn positieve ontwikkelingen, want de huidige decentrale selectie – waarbij opleidingen middels brieven en gesprekken de motivatie en geschiktheid van aankomende studenten toetsen – heeft zijn langste tijd gehad. Waarom? Omdat decentrale selectie bepaalde groepen studenten voortrekt en andere consequent achterstelt.

Selectie is in essentie niet meer dan een manier om schaarse onderwijsplaatsen te verdelen. Decentrale selectie heeft de schijn dat het een eerlijker verdeelmechanisme is, omdat het studenten in staat stelt zelf invloed te hebben op hun toelating. Maar decentrale selectie is juist oneerlijker dan loting. Lang niet iedereen heeft bijvoorbeeld ouders die mee kunnen kijken naar de motivatiebrief, of die een dure voorbereidende training kunnen betalen.

Minder kans

Dit zien we ook terug bij de groepen die door decentrale selectie structureel benadeeld worden: eerstegeneratiestudenten, studenten met een niet-westerse migratieachtergrond, studenten met een lagere economische positie en studenten van het hbo hebben allemaal minder kans om toegelaten te worden.

Met andere woorden: juist de groepen studenten voor wie de stap naar de universiteit relatief het grootst is, worden het meest benadeeld. Al jaren zeggen politici dat ze de kansenongelijkheid in het hoger onderwijs willen tegengaan. Toch zien we dat de kloof tussen verschillende groepen almaar groter wordt. Als we echt kansenongelijkheid tegen willen gaan, dan zorgen we ervoor dat studenten die de poort van de onderwijsinstelling bereiken, ook daadwerkelijk de kans krijgen om te gaan studeren: een eerlijke kans.

Bij gelijke kansen gaan we ervan uit dat iedereen hetzelfde startpunt heeft en vandaaruit dezelfde kansen moet krijgen. Helaas is dit niet de werkelijkheid en zijn er bepaalde groepen die op sommige momenten meer hulp nodig hebben om te compenseren voor de kansen die een ander automatisch vanuit huis heeft meegekregen. Loting kijkt niet naar je achtergrond en biedt daarom de meest eerlijke kansen aan alle studenten.

Daarom roepen wij vandaag de Tweede Kamer op: hef het verbod op loting op en kies voor echte kansengelijkheid.

Dit opiniestuk is geschreven door Alex Tess Rutten en Monty Aal. Het stuk is oorspronkelijk verschenen in Trouw en had succes: de Tweede Kamer heeft besloten dat loten weer mogelijk wordt.

Doe mee! Deel dit bericht.